In het vorige vogelmoment schreef ik nog dat ik de winterperiode afsloot met een echte wintergast nl.de grote zaagbek. In de afgelopen week kon ik nog een mooie serie maken van de kolgans, ook een echte wintergast. Die serie wilde ik jullie niet onthouden dus dan nog maar een keer een afsluiting van de winterperiode.
Er overwinteren, volgens de laatst bekende cijfers van SOVON, ongeveer 850.000 kolganzen in ons land. Dat zijn er veel maar je moet wel in de natte veenweidegebieden en het rivierengebied zijn om ze te zien. Ze arriveren vanaf medio oktober en dan vertrekken ze eind maart/begin april weer naar hun broedgebieden op de Siberische toendra’s. Een zeer klein aantal blijft hier maar de meesten daarvan komen niet tot broeden. De kans om ze hier in de zomer te zien is echter buitengewoon klein.
Je ziet ze dus vaak foerageren in de weilanden en het is een prachtig gezicht als er grote groepen opvliegen om naar een ander gebied te gaan of naar open water waar ze rusten of overnachten. Prachtige ganzen die je meteen herkent aan die witte knobbel aan de snavelbasis en aan de grote strepen op de buik.
Verdere informatie over de kolgans kun je ook nog nalezen in mijn blog van november vorig jaar.
Iedereen nog bedankt voor de reacties op mijn vorige blog.